Voor Jan was de covidperiode een stilstand in zijn creativiteit. Er volgden maanden van bezinning en zelfreflectie, waarbij hij zich meer dan ooit realiseerde hoe nietig een mens is op deze planeet. Toch kwam de dag dat hij, vervuld van goesting en enthousiasme, opnieuw het teken- en schildergerei ter hand nam. Hieruit ontstonden veelgelaagde en zeer persoonlijke werken.
Werken vanaf 2023

Aardbewoner, 2023

Sterveling, 2024
VERBONDEN MET DE NATUUR
‘Voor het schilderij Sterveling gebruikte ik gemengde technieken: houtskool, potlood, pastel, kleurpotlood, pen, Oost-Indische inkt, acryl-inkt, acrylverf, transparante gesso, penselen, lavistechniek.
In dit werk bracht ik alles samen wat kiemt, groeit en bloeit en wat kruipt, zwemt, vliegt en loopt, om uiting te geven aan gedachten en gevoelens die me toen sterk bezighielden. Mijn gewaarwording van het vergankelijke en tegelijk universele-onvergankelijke van het leven vond ik prachtig verwoord in het boek Mettertijd van Ton Lemaire. Ik citeer eruit:
Kennelijk zijn we erg gehecht aan de continuïteit en de consistentie (samenhang) van ons “ik”, van onze identiteit als déze specifieke persoon, want we deinzen terug van het idee dat ook dit “ik” gedoemd is bij onze dood te verdwijnen en te vervluchtigen alsof het nooit bestaan had. Misschien is dit ik alleen maar een gevoel dat een bepaald soort organismen begeleidt, dat wil zeggen: tijdelijke configuraties van atomen, moleculen en cellen, die de illusie oproepen een aparte substantie te zijn, de duurzame kern van ons wezen waaraan we ons vastklampen. De configuraties worden bij ons sterven weer opgenomen in het immense stofwisselingsproces van de natuur; de tijdelijke afscheiding van het geheel die we waren, wordt opgeheven. De atomen en moleculen waaruit ik ben samengesteld worden mettertijd bouwstenen voor andere configuraties, andere organismen. Misschien zullen componenten van ons voortleven in een plant, een boom, een vis, een vogel, een hert, net zoals ik voor ik als “ik” begon te bestaan, ook al in een andere vorm bestond.
Verbonden zijn met de aarde, de zon, de maan, de regen, de wolken, de dieren, de planten, het water… Goede en kwade krachten, goede en kwade geesten. Daarover gaat mijn werk.’
‘DEZE WERELD IS EEN BRANDEND HUIS’
Uit de Lotussoetra van Boeddha – naar Dharmapelgrim, Boeddhistisch Dagblad

Furie, 2024
De boeddhistische uitspraak dat ‘deze wereld een brandend huis’ is,
lijkt wonderwel aan te sluiten bij de huidige klimaatcrisis.
Boeddha, aan wie die woorden worden toegeschreven,
doelde echter op iets anders: een algemeen crisisgevoel
dat steeds in een mensenleven aanwezig is,
namelijk het besef dat wijzelf en alle dingen eindig zijn.
We zijn er ons vaak niet van bewust
maar alles vergaat voortdurend om ons heen.
Met deze op het eerste gezicht nogal sombere uitspraak
wilde Boeddha de mensen zeker geen depressie aanpraten.
Integendeel, door de vergankelijkheid van het bestaan te erkennen,
kunnen we juist helderder in het leven staan.
ILLUSIE ?

Maya (of illusie) is een begrip uit het hindoeïsme en het boeddhisme dat als ‘sluier van illusies’ vertaald kan worden. Beide religies wijzen erop dat de mens doorgaans een wereldbeeld heeft dat ver afstaat van de realiteit, waardoor het hem of haar belet inzicht te verwerven.
TESTAMENT VAN EEN DOORGEBRACHT LEVEN

Kaakbeen / Jawbone, november 2024
‘Een pak vlees rond beenderen, beenderen die overeenkomst hebben met gesteente. Plantengroei en aarde. Lucht en bewegende wolken. En … ? Mysterie. Testament van een doorgebracht leven.’
Vrijdag 8 november
‘… [ik werk nu aan] een schilderij waarin een onderkaakbeen centraal staat. … Aan het kaakbeen zelf, het gezicht en de onrustige wolkenlucht doe ik niets meer. De geladenheid ervan is ontstaan uit mijn onrustige gevoelens tijdens het schilderen. Veel tweestrijd en mengeling van uiteenlopende gevoelens. Die toestand van geladen gevoelens maakt me creatiever. Ik vecht het uit al schilderend.’

stadium 1
13 november
‘Juist gestopt met schilderen op mijn atelier. Het begint stilletjes aan donker te worden en ik wil bij daglicht de kleuren zien. … Het enige waaraan ik nog verder ga werken is hier en daar wat bijwerken van het lichaam. De overgang van rechterarm naar rechterschouder zit niet goed en aan de keel moet ik zeker nog wat doen.’

stadium 2
‘De plantengroei heb ik op een manier geschilderd die past bij de uitwerking van het lichaam. Dus nogal realistisch. Je moet de aarde onderaan als het ware kunnen ruiken en de bladeren zien ritselen. De lucht is nogal bewogen en dit geeft met de uitgestoken tong en het de gelaatsuitdrukking een ‘dramatisch’ effect. In het gelaat ben ikzelf niet zo duidelijk herkenbaar. Maar dat geeft niet want ik wil het eerder universeel weergeven.’
20 november
‘Ben juist beneden gekomen van mijn atelier want het daglicht begint af te nemen. Heb de wolken herzien zodat het minder bollen kijken. Alles behalve het lichaam is nu afgewerkt.’
‘Ik wou de turbulentie in mijn wolkenlucht krachtig weergeven om de expressie van het gezicht te versterken. Er is toch al meer beweging in aanwezig dan ervoor.’

stadium 3
21 november
‘Ben juist gestopt met schilderen. Genoeg voor vandaag. Morgen werk ik verder. Enkel het lichaam bijwerken en al de rest beschouw ik als reeds voltooid. Hoop het toch een dezer dagen af te krijgen.’

stadium 4
22 november
‘Ben juist gestopt met schilderen want de lucht wordt almaar donkerder en ik ben uitgeput. Het grootste deel van de tijd ben ik bezig geweest aan het lichaam en op ’t laatst nog wat aan het wolkenspel gedaan en dat is nu volledig klaar. Morgen werk ik alleen nog aan het lichaam. Vergt hoge concentratie en vandaar die vermoeidheid. Vlees en bloed. Zo begint er stilaan meer leven in te komen en wordt alles nog duidelijker.’
‘Die wat gespannen toestand tussen licht en duisternis, op het scherp van de snee, bevordert mijn creativiteit. Trouwens, ik denk dat ik altijd zo geweest ben. Maar op dit moment ben ik in goede conditie. Omdat ik zo toegewijd ben aan mijn werk en volop in beslag wordt genomen door de uitvoering ervan …?’

stadium 5
23 november
‘Kom juist van mijn atelier en ik stop ermee voor vandaag. Het wordt te donker en ik begin duizelig te worden. Het ging vlot maar op het laatst begon ik te prullen. Vermoeidheid en verlies van concentratie. … Terwijl ik aan ’t werk was, groeide mijn bewondering voor Rubens, Lucian Freud, Jordaens en andere schilders die het menselijk lichaam en vooral het vlees zo goed konden weergeven. Die zullen wel véél sneller gewerkt hebben ook. De ene keer schilder ik heel vlot en direct goed resultaat, vooral de eerste twee uren, en dan blijf ik op details steken en te lang zoeken en prullen. Maar die details moeten verwerkt worden in het geheel tenslotte. Morgen wordt het warmer en hopelijk zonniger en helderder. Dat zal mij gunstig uitvallen.’
24 november
‘Nu stop ik ermee en zou het eindelijk voltooid moeten zijn. Om 16.35u. De duisternis begint te vallen en heb juist een foto kunnen nemen voordat het te donker wordt. Ik heb het gevoel van een marathonloper die na de eindmeet uitgeput neervalt. …’
‘De opengesperde mond met rode tong: Rolling Stones (seks, drugs, rock ’n roll), gewoon gulzigheid, het ontvangen van de H. Hostie, groet van de Maori, beelden uit Oceanië, waterspuwers aan middeleeuwse kathedralen, faunen en saters uit de oudheid. Who knows?’

stadium 6
Zaterdag 30 november
‘Vandaag toch EINDELIJK klaar gekregen. Meer tijd in gestoken dan gedacht.’

voltooid